Kim Putters.
Kim Putters. Foto: ©Jerry Lampen

Comeniusprijs 2024 naar Kim Putters

Mensen

NAARDEN - Professor dr. Kim Putters, die thans informateur is bij de kabinetsformatie, ontvangt op zaterdag 6 april de Comeniusprijs 2024 in de Grote Kerk in Naarden. 

Van 2013 tot 2022 was Kim Putters directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Hij is de huidige voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER). De jury roemt professor Putters vanwege zijn vermogen om steeds opnieuw helder te duiden wat er gaande is in de samenleving. Hij roept overheden op om te kijken vanuit het leven van mensen zelf, en om van daaruit perspectief te bieden.

‘Menselijke manier’

Voorzitter van de jury prof. dr. Douwe Breimer: “Putters wijst erop dat we in de overgang naar een ander type samenleving zitten, met belangrijke gevolgen voor hoe wij leven. Wij zouden anders moeten leren kijken: van een smalle blik op welvaart en groei naar een integrale blik vanuit brede welvaart, waar samenleving, economie en milieu in balans zijn. Dat vraagt om een nieuw sociaal contract waarbij er vooral vanuit mensen zelf moet worden gedacht. Putters draagt daarvoor bouwstenen aan die ertoe moeten leiden dat mensen zich verbonden voelen, zinvol mee kunnen blijven doen en erbij blijven horen. Daarmee geeft Putters ook invulling aan het gedachtegoed van Comenius. Die pleitte bovenal voor een menselijke manier van met elkaar omgaan, met gelijke kansen op goed onderwijs voor iedereen als basis.”

Putters duiding van dit ‘labyrint’ van deze huidige samenleving en de oplossingen die hij biedt, sluiten ook bijzonder goed aan bij het thema van Comeniusdag 2024: ‘Het labyrint, zoeken naar zingeving’, vrij naar Comenius’ literaire meesterwerk Het labyrint van de wereld en het paradijs van het hart. In 2023 verscheen dit, uiterst actuele, maatschappijkritische werk precies vierhonderd jaar geleden.

Kim Putters treedt in de voetsporen van eerdere prijsontvangers, zoals Tineke Ceelen (Stichting Vluchteling), prof. dr. Beatrice de Graaf, mr. Herman Tjeenk Willink en Mardjan Seighali.

Uit de krant